zaterdag 25 februari 2012

11. geïntegreerde nestgelegenheid

                               

De muren van de boerderijen in ons gehucht zijn rond 1875 gebouwd en bestaan uit natuursteen opgemetseld met een mengsel van leem en kalk.
In de loop der tijd is het voegwerk hier en daar versleten en tussen de stenen uit gevallen, daardoor zijn er ruimtes ontstaan waar veel dieren van kunnen profiteren. We vinden hoe kan het ook anders muurhagedissen, vleermuizen, nesten van hommels, bijen, vogels zoals mussen, meesjes,hop, spreeuwen, zwarte roodstaarten en winterkoning en onder in de muur, padden, kikkers, ringslangen en relmuizen die zich hebben ingegraven voor de winter.
Bij de restauratie zouden die schuil- en nestplaatsen verloren gaan en dat zou de biodiversiteit op ons terrein verschralen. Daarom heb ik bij het restaureren van het voegwerk een gedeelte van die ruimtes gehandhaafd en bij het opmetselen van natuurstenen muren nieuwe ruimtes gecreëerd.
Dat kan simpel door tijdens het metselen hier en daar wat ruimte open te laten, maar ook door inbouwnestkasten in het metselwerk op te nemen of grotere ruimtes af te schermen met een plaatje watervaste multiplex met daarin een opening. Dat plaatje heb ik wat ruw gemaakt en bepleisterd met voegmortel bestaande uit 1 deel witte kalk, 1 deel zand en 1.1/2 leem. 





Ik heb een pottenbakker gevraagd een aantal ringen voor me te maken, extra hard gebakken zodat ze vorstbestendig zijn. Verder heb ik in malletjes invliegstenen gegoten van beton gemaakt van fijn grind, zand en cement.
Door de opening te variëren in vorm en grootte bieden we weer een scala aan mogelijkheden voor onze onderhuurder.





 

vrijdag 24 februari 2012

10. Zelf een vegetatiedak maken

bijgewerkt 11-1-2021

Het golfplaten dak op ons houthok was aan vervanging toe. Een mooie gelegenheid om zelf eens te experimenteren met de aanleg van een vegetatiedak. Men spreekt van extensieve daken zonder kunstmatige bewatering en intensieve vegetatiedaken met kunstmatige bewatering. Deze daken worden steeds meer aangelegd in het stedelijk gebied omdat ze bijdragen aan een prettiger leefklimaat, de biodiversiteit, ze filteren stof werken als tijdelijke waterbuffers en ze voorzien het pand dat ze bedekken van een extra geluidsisolerende laag die in de zomer voor koelte zorgt, daarnaast beschermen ze ook nog de dakbedekking tegen de inwerking van UV. De beplanting op stalen daken beperkt ook geluidshinder bij heftige regen en hagel. Ook vergroot je de groene ruimte en is het esthetisch en dat zijn de redenen waarom ik het graag wilde toepassen. Er zijn gras- en kruiden/ en bruine daken,het principe is gelijk aan die van groene daken maar de bruine daken worden ingericht als een braakliggend terrein met droge elementen zoals zand, grind, dood hout en steenhoopjes, ik heb gekozen voor een sedum dak vanwege de lichte dakconstructie.

Het afschot van het dak en de oriëntatie zijn bepalend voor de dikte van de substraatlaag, hoe steiler en wordt het dak vol door de zon beschenen dan is een dikkere substraatlaag en daarmee een zwaardere dakconstructie noodzakelijk. De meeste systemen gaan uit van een substraatlaag van 50-150 mm voor extensieve groene daken en 150-1500 mm voor intensieve groene daken.
Allereerst heb ik de dakconstructie aangepast zodat die een zwaardere belasting aan kan. Het afschot van ons dak is 13 cm per meter het dak is naar het noorden gericht en een grote wilg biedt schaduw op het heetst van de dag. Ik wilde een goedkoop systeem met een minimale substraatlaag.


Ik heb gekozen voor stalen damwandprofielen met een profielhoogte van 25 mm die dakpansgewijs werden aangebracht en met lange schroeven in het hoge gedeelte van de plaat(maat) werden bevestigd op de balken. Om de schroeven te beschermen gebruikte ik een kunststof onderring met afdekdop. Tussen de overlappende stukken die nodig waren om de platen te verlengen werden enkele rillen hoogwaardige kit aangebracht.
Op de 4 dakranden heb ik stalen L profielen 30x30x3 gepopt met popnagels 32 x 48.



Op het lage dakgedeelte waar het water het dak verlaat heb ik een strook van 15 cm vol gelegd met grotere stenen die net niet boven de hoekprofielen uitkomen. De diepere stroken van de damwandprofielen heb ik bestrooid met een laag grint 6-10 van ongeveer 1 cm dik zodat het hoogte verschil tussen de diepere en hogere banen tot iets minder dan de helft wordt gevuld.


Daarna is er op het hele dak een goede laag geotextiel aangebracht.
De strook van 15 cm met de grotere stenen aan de lage kant van het dak is daarna bedekt met een laag grint 6-10 en in de lagere banen is een laag van 1 cm geëxpandeerde kleikorrels aangebracht. Deze poreuze korrels absorberen water dat door de wortels van de plantjes opgenomen kan worden en zorgen er tevens voor dat het substraat niet wegspoelt zolang de beplanting niet is volgroeid.



Nu is het tijd om een laag substraat aan te brengen waar later de sedum in wordt geplant. Het is belangrijk om het substraat niet te rijk te maken.
De truc is dat plantjes die zullen gaan groeien op het dak zoals grassen in een periode van hitte en droogte afsterven, zou dat niet gebeuren dan ontwikkelt er zich heel snel een grasdak. De sedumplanten die worden aangeplant kunnen wel die droogte overleven.
Voor het substraat mengde ik gelijke delen; potgrond, metselzand en goede tuingrond. De planten die het dak gaan begroeien zijn kalkminnend daarom voegde ik nog een handje kalk toe. Dit mengsel werd ongeveer 2 cm dik op de geëxpandeerde kleikorrels aangebracht zodat ook de hogere banen van de profielplaten werden bedekt.



Ik heb sedum plantjes gescheurd in kleine pollen van 3 x 3 cm. De meeste kon ik verzamelen via vrienden of vinden op een middenberm of rotonde. Op eke 10 cm heb ik een plantje aangeplant. Verder is het ook mogelijk om vanuit zaad diverse Sedum variëteiten op te kweken en uit te planten om de kosten te beperken. Huislook (sempervivum tectorum)en Vetkruid (Sedum) zoals
Witte muurpeper (Sedum album), Sedum spurium, Muurpeper (Sedum acre), Sedum hispanicum en Sedum cyaneum zijn geschikt en dit zijn ze lang niet allemaal.
De doe het zelf shop van Ekogras biedt cassettes vegetatiematten en sedum plugs aan naast professionele producten voor de aanleg van vegetatiedaken .
https://www.ekogras.com/
In 2015 heb ik ontdekt dat de Cruydthoeck een leuk bedrijf dat graag adviseert en zaden van wilde planten verkoopt ook dakmengsels verkoopt voor bloemrijke kruidenvegetaties geschikt voor substraatlagen van tien of meer centimeter dik met een goed waterbufferend vermogen.
www.cruydthoeck.nl


Ervaring.
Ik heb het dak in het vroege voorjaar van 2008 aangelegd en na een jaar was ongeveer 70 % al bedekt met beplanting. Het is mooi geworden en voldoet prima voor de bedekking van een schuur of houthok. Na enkele zeer extreme seizoenen van veel neerslag, droogte hitte en koude is de beplanting grotendeels nog altijd in goede conditie. Muizenoor (Hieracium Pilosella) en Oranje Havikskruid (Hieracium aurantiacum) hebben een extreem warme en droge zomer niet kunnen overleven.
Aandachtspunten. Er treedt condensvorming op aan de onderzijde van de stalen damwandprofielplaten, in ons geval niet vervelend maar door de aanschaf van platen met een anticondenslaag van vilt aan de onderzijde wordt dit euvel verholpen.
Het dak vraagt minimaal onderhoud, maar een attentiepunt is de afwatering, deze moet goed vrijgehouden worden, sedum maar ook mossen kunnen de afwatering blokkeren. In het vroege voorjaar dien ik eenmaal een bemesting toe door een dun laagje compost uit te strooien of een vloeibare bemesting van een product van mijn  wormfarm. Zorg voor voldoende variatie in de beplanting.



woensdag 15 februari 2012

9.Kerstballen en vetbollen


Aan het eind van de herfst wordt de voedersilo weer gevuld met zonnebloempitten en hangen we vetbollen op. Wanneer de winter zich echt laat zien met vorst en aanhoudende sneeuwval voeren we ook nog appels en kippenvoer soms aangevuld met gekookte aardappels. De kerstboom die we in de voortuin plaatsen hangt dan niet alleen vol met kerstballen maar ook met
vetbollen.
Omdat de lucht wordt gespiegeld in de ramen van het huis in de nabijheid van de voederplek waren er in het eerste jaar verschillende vogels die een frontale botsing met het glas moesten bekopen met de dood. Zo'n botsing blijkt vooral fataal wanneer de vogels een gevulde maag hebben.
We hebben nu een aantal takken voor de grote ramen geplaatst en hebben daar ook een aantal vetbollen aan bevestigd. Dat is effectief gebleken, geen slachtoffers meer en een leuke manier om de verschillende mezen en huismussen en met wat geluk de Grote Bonte Specht van korte afstand te kunnen observeren, prachtig. Verder bezoeken Putters, Vinken, Kepen, Sijsjes, Merels, Eksters, Gaaien, Roodborstjes, Heggenmussen, Boomklevers, Winterkoninkjes, Groenlingen, Geelgorzen en sporadisch de Appelvink en Middelste Bonte Specht de voederplaats.



Ook de Sperwer komt regelmatig langs om zijn prooi te slaan. Hier droogt hij zijn veren pak na een flinke regenbui zodat hij weer snel en wendbaar is voor de jacht. We hebben een aantal takken rond de voerplek geplaatst zodat de foeragerende vogels beschermd zijn op het moment dat ze de silo bezoeken.

Verder hebben we ook met de beplanting op ons terrein rekening gehouden met de vogels. Zo hebben we besdragende planten zoals Hulst en Vlier aangeplant, laten we maretakken zitten die van belang zijn voor het overleven van de Grote Lijster in de strenge winter. Zijn er botanische rozen aangeplant zoals Rosa canina en Rosa rugosa die decoratieve bottels produceren waar vooral Groenling van kan profiteren. En zijn er volwassen eiken, elzen en hazelaars en een enkel spar te vinden op het terrein.

Ook laten we vaste planten in de winter staan en ruimen we gevallen blad pas in de lente zodat Roodborst, Merel en Heggenmus nog insecten kunnen vinden. De steenhopen op ons terrein bieden een goede beschutting voor insecten, we zien daar het winterkoninkje regelmatig in verdwijnen op jacht naar voedsel.
Citroenmelisse die na de bloei zaden vormt blijkt erg in trek bij de Goudvinken die daar ieder jaar van komen snoepen en de Putters worden aangetrokken door de zaden in de uitgebloeide Distel- en Zonnebloemen.
We gaan door met voederen tot de lente echt van start gaat met de hoop om op het laatst ook nog een bezoeker met een grote bek te mogen begroeten.
Een grote bek zo sterk dat er kersenpitten mee kunnen worden gekraakt. Dat trucje kan alleen de Appelvink.