woensdag 30 januari 2013

32. Winter



 

In de Morvan heeft ieder seizoen zijn eigen charme en werkzaamheden. Om ook in de winter over zoveel mogelijk voedsel van eigen bodem te kunnen beschikken hebben we het hele jaar al groente en fruit verzameld en verwerkt.
Zodra de late herfst het landschap kleurt en de eerste lichte nachtvorst een einde maakt aan het groeiseizoen van de vorstgevoelige planten is het moment aangebroken om het laatste gedeelte van ons wintervoedsel te oogsten. Aardappels gaan de kelder in net als knolselderij, winterpeen, pastinaak, rammenas, meiraap, crosne, knolcapucien, en rode biet ze worden in kisten met schoon metselzand opgeslagen. De voormalige munitiekisten kunnen met een deksel worden afgesloten, de zijkant en bodem zijn voorzien van een ventilatierooster. Winterpeen en rode biet blijven op deze manier makkelijk tot april goed.


                     

                       
Vaak tafelen we witlof en haverwortel in de kelder in om later de gebleekte spruitende bladeren te kunnen oogsten voor een wintersalade. In het kasje groeien mits niet te winters nog veldsla, rucola en winterpostelein en stammen berkenhout leveren delicate maar koudeminnende fluweelpootjes.

In de tuin blijven dan nog verschillende winterharde soorten achter die nog vers kunnen worden geconsumeerd, zoals: winterprei, schorseneer, crosne, aardpeer, spruiten, palm- en boerenkool. Van de overige koolsoorten maken we kruidige zuurkool in een zuurkoolpot met waterslot. Een aantal nieuwe knolgewassen zoals Chinese yam, indianenaardappel en Hollands muisje kunnen we nog niet oogsten, ze zijn nog niet volgroeid.



Eerder in het jaar hadden we wilde en gekweekte paddenstoelen, borlotti of kievietsbonen, kapucijners en kruiden als, hysop, korianderzaad, laurier, tijm, rozemarijn en tomaten, appels, walnoten en hazelnoten gedroogd.
Knoflook, sjalotjes en pompoenen zijn na de oogst naar een koele slaapkamer verhuisd en de uien hangen opgebost onder een afdak in de buitenlucht.


Het fruit wordt zo lang mogelijk vers gegeten en de rest ingemaakt of verwerkt tot jam of compote en moes. Onze lekkerste jam of gelei is gemaakt van bramen, frambozen, aardbeien, perziken, appels en peren, pompoen, kersen, druiven, paardenbloemen, mirabelpruimpjes, kruisbessen met vlierbloesem, rode bessen en rabarber beiden in combinatie met sinaasappel en kweepeer met citroen. Moes maken we van appels en mispels en peertjes worden uren zachtjes gestoofd en daarna ingemaakt. Op de kelderplank staan ook nog enkele flessen kruiden- en frambozenazijn naast wat likeur gemaakt om de donkerste dagen gezellig door te komen.

In het voorjaar hebben we peultjes en doperwten ingevroren datzelfde doen we in de zomer met basilicum, het is voor deze soorten de lekkerste manier om ze te bewaren vinden wij. Daarnaast wordt de vriezer gebruikt voor het rundvlees dat we van dorpsgenoot Didier kopen in cassettes van 10 kilo. Naast al dit lekkers voorzien onze Marans kippen ons bijna het hele jaar door van heerlijke eieren maar daarover meer in een volgend Blog.