woensdag 15 februari 2012

9.Kerstballen en vetbollen


Aan het eind van de herfst wordt de voedersilo weer gevuld met zonnebloempitten en hangen we vetbollen op. Wanneer de winter zich echt laat zien met vorst en aanhoudende sneeuwval voeren we ook nog appels en kippenvoer soms aangevuld met gekookte aardappels. De kerstboom die we in de voortuin plaatsen hangt dan niet alleen vol met kerstballen maar ook met
vetbollen.
Omdat de lucht wordt gespiegeld in de ramen van het huis in de nabijheid van de voederplek waren er in het eerste jaar verschillende vogels die een frontale botsing met het glas moesten bekopen met de dood. Zo'n botsing blijkt vooral fataal wanneer de vogels een gevulde maag hebben.
We hebben nu een aantal takken voor de grote ramen geplaatst en hebben daar ook een aantal vetbollen aan bevestigd. Dat is effectief gebleken, geen slachtoffers meer en een leuke manier om de verschillende mezen en huismussen en met wat geluk de Grote Bonte Specht van korte afstand te kunnen observeren, prachtig. Verder bezoeken Putters, Vinken, Kepen, Sijsjes, Merels, Eksters, Gaaien, Roodborstjes, Heggenmussen, Boomklevers, Winterkoninkjes, Groenlingen, Geelgorzen en sporadisch de Appelvink en Middelste Bonte Specht de voederplaats.



Ook de Sperwer komt regelmatig langs om zijn prooi te slaan. Hier droogt hij zijn veren pak na een flinke regenbui zodat hij weer snel en wendbaar is voor de jacht. We hebben een aantal takken rond de voerplek geplaatst zodat de foeragerende vogels beschermd zijn op het moment dat ze de silo bezoeken.

Verder hebben we ook met de beplanting op ons terrein rekening gehouden met de vogels. Zo hebben we besdragende planten zoals Hulst en Vlier aangeplant, laten we maretakken zitten die van belang zijn voor het overleven van de Grote Lijster in de strenge winter. Zijn er botanische rozen aangeplant zoals Rosa canina en Rosa rugosa die decoratieve bottels produceren waar vooral Groenling van kan profiteren. En zijn er volwassen eiken, elzen en hazelaars en een enkel spar te vinden op het terrein.

Ook laten we vaste planten in de winter staan en ruimen we gevallen blad pas in de lente zodat Roodborst, Merel en Heggenmus nog insecten kunnen vinden. De steenhopen op ons terrein bieden een goede beschutting voor insecten, we zien daar het winterkoninkje regelmatig in verdwijnen op jacht naar voedsel.
Citroenmelisse die na de bloei zaden vormt blijkt erg in trek bij de Goudvinken die daar ieder jaar van komen snoepen en de Putters worden aangetrokken door de zaden in de uitgebloeide Distel- en Zonnebloemen.
We gaan door met voederen tot de lente echt van start gaat met de hoop om op het laatst ook nog een bezoeker met een grote bek te mogen begroeten.
Een grote bek zo sterk dat er kersenpitten mee kunnen worden gekraakt. Dat trucje kan alleen de Appelvink.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten